5. 'Tien letters vóór groep 1' als voorbeeld van slecht onderwijs

Het CPS voor onderwijsontwikkeling en advies stelt dat het op evidentie is gebaseerd dat kinderen ongeveer 10 letters moeten kennen bij aanvang van groep 1. Uit navorsing blijkt, dat er wel onderzoek is gedaan, maar van uitkomsten van het onderzoek is niets te vinden. Gebaseerd op dit “Onderzoek” worden onderwijstaken toegedicht aan kinderdagverblijven en peuterspeelzalen.

Tien letters voor groep 1
Op 2 oktober 2012 neemt een basisschoolleerkracht, die een opleiding volgt tot leesspecialist, contact op met de WSK. Haar cursusstof bevat het boek Een goede leesstart (CPS, 2007), met op p.16 de passage: ‘Zo moeten kinderen bijvoorbeeld ongeveer tien letters (waaronder de letters van de eigen naam) kennen voordat zij naar groep 1 gaan. (Roskos e.a 2004)’.
We zijn benieuwd op basis van welk wetenschappelijk onderzoek dit in Een goede leesstart is terecht gekomen. Door de literatuurverwijzingen terug te volgen hopen we dit onderzoek te vinden.

Speurtocht naar de bron
‘Roskos e.a 2004’ is K. Roskos, P.O. Tabors & L.A. Lenhart, Oral language and early literacy in preschool, International Reading Association, 2004. Op p.6 staat: ‘Children should know about 10 alphabet letters, including those in their own first name, before they enter kindergarten (U.S. Department of Health and Human Services, 2003)’.
‘U.S. Department of Health and Human Services, 2003’ is The head start path to positive child outcomes, Administration on children, youth and families; Head start bureau, 2003. Op p.6 staat bij ‘Literacy, Alphabet Knowledge’: ‘Identifies at least 10 letters of the alphabet, especially those in their own name’ en op p.16 dat een van de vijf leerindicatoren die door het Congres in de Head Start Wet in 1998 worden geëist is: ‘Identifying at least 10 letters of the alphabet’.
Met ‘Head Start Act in 1998’ wordt gedoeld op Congres van de Verenigde Staten van Noord-Amerika (VS), Coats Human Services Reauthorization Act of 1998 (over het Head-Start-programma), 1998. Op p.15 staat dat kinderen die aan het Head Start programma mogen meedoen als ze onder ‘identify at least 10 letters of the alphabet’.

Het is niet duidelijk op welk wetenschappelijk onderzoek het Congres van de VS zich baseert, maar in datzelfde jaar, 1998, verschijnen er twee wetenschappelijke publicaties met ’10 letters’ die tot op vandaag geregeld worden geciteerd: Preventing reading difficulties en Every child a reader.
Preventing reading difficulties is C.E. Snow, M. Susan Burns & Peg Griffin, Preventing reading difficulties in young children, 1998. Op p.60 staat: ‘Table 2-1 shows a set of particular accomplishments that the successful learner is like to exhibit during the preschool years. This list is neither exhaustive nor incontestable, but it does capture many highlights of the course of literacy acquisition that have been revealed through several decades of research’. Op p.61 staan vijftien van die ‘hoogtepunten in de loop van het verwerven van geletterdheid die in verscheidene tientallen jaren van onderzoek aan het licht gekomen zouden zijn’ en die als ‘verworvenheden van drie-, vierjarigen’ worden gepresenteerd. Een daarvan luidt: ‘Can identify 10 alphabet letters, especially those from own name’.

Every child a reader is E.H. Hiebert, P.D. Pearson, B.M. Taylor, V. Richardson & S.G. Paris, Every child a reader, Ciera, september 1998. Op p.2-2 staat onder de ‘verworvenheden voor drukconcepten, fonemisch bewustzijn en het noemen van letters4’ onder ‘Preschool’: ‘Identifies 10 alphabet letters, especially those from own name’. Naast de kolom met deze en negen andere verworvenheden van peuters (‘preschool children’) staat een kolom met acht vaardigheden van kleuters (‘kindergarten’) en daarnaast een kolom met drie vaardigheden van jonge schoolkinderen (‘First grade’).
Noot 4 luidt: ‘Snow, C.E., Burns, M.S. & Griffin, P. (Eds.). (1998), Preventing reading difficulties in young children. Washington, DC: National Academy Press.

Wel ’tientallen jaren van onderzoek’, maar geen literatuurverwijzing
Omdat Every child a reader wel naar Preventing reading difficulties verwijst, maar deze niet naar Every child a reader, nemen we aan dat Preventing reading difficulties de oudste door ons te traceren bron is voor de 10 letters van Een goede leesstart.
Aangezien Preventing reading difficulties wel over ‘verscheidene tientallen jaren van onderzoek’ schrijft, maar van die ’tientallen jaren van onderzoek’ geen enkele literatuurverwijzing geeft, is onze volgende stap de drie auteurs van Preventing reading difficulties aan te schijven. Op 18 oktober 2012 krijgen Snow, Burns en Griffin elk een exemplaar van dezelfde e-brief. Een van ons schrijft hen dat volgens hun boek (p.61) één van de verworvenheden van drie- tot vierjarigen is dat ze 10 letters kunnen identificeren, in het bijzonder die uit hun eigen naam en verzoekt hij hen aan welke publicatie die verwordenheid is ontleend. Omdat ze op 23 november 2012 geen van drieën hebben gereageerd, herinner ik ze op die dag aan mijn schrijven.
Op 26 november antwoordt Burns. Ze suggereert me p.113-115 nog eens goed door te kijken, een bepaalde publicatie die ze op p.382 noemen, eens goed door te kijken en p.34-39 nog eens te lezen, maar ze geven geen concrete verwijzing. Op die bladzijden en in die publicatie op p.382 staat echter in het geheel niets over. De correspondentie gaat nog even door, maar er volgt geen enkele concrete literatuurverwijzing.
Vooralsnog en tot het tegendeel blijkt, is onze conclusie dat het onderzoek waarop ’10 letters vóór groep 1′ van Een goede leesstart van de CPS eenvoudigweg niet bestaat. Dat wil zeggen, de aanbeveling dat kinderen, om goede lezers te worden, 10 letters zouden moeten kennen vóór ze naar groep 1 gaan, is op geen enkel wetenschappelijk onderzoek gebaseerd. En zelfs als iets in die sfeer ooit gevonden zou zijn in enig wetenschappelijk onderzoek, dan nog lijkt het te gaan om de aanvang van de Amerikaanse kleuterklas, die met 5 jaar begint en niet – zoals de Nederlandse – met 4 jaar.

’10 letters vóór groep 1′ en de onderwijsinspectie
Omdat de onderwijsinspectie zich al enkele jaren op ‘op evidentie gebaseerd onderzoek’ baseert en omdat er kinderdagverblijven en peuterspeelzalen zijn die aan letterkennis doen (al dan niet op grond van bedoelde CPS-zin), hebben we op 30 november de onderwijsinspectie twee verzoeken gedaan.
Ten eerste, te bewerkstelligen dat het CPS Een goede leesstart in de huidige vorm opschort tot deugdelijk onderzoek achter die ’10 letters’ bekend is, en definitief terugneemt en zijn cursisten die bedoelde zin als leerstof hebben gehad, daarvan op de hoogte stelt, zodra duidelijk is dat het CPS de benodigde onderbouwende onderzoeksresultaten niet kan overleggen.

Ten tweede, alle kinderdagverblijven en peuterspeelzalen van de stand van zaken rond de ’10 letters vóór groep 1’ op de hoogte te stellen en op te roepen om onmiddellijk alle lees- en letterkennisprogramma’s te staken.
Voor zover we weten heeft de onderwijsinspectie in dezen niets ondernomen. Dit is des te merkwaardiger omdat ook de CPS sedert 30 oktober, toen we het van de kwestie op de hoogte hebben gebracht, niets heeft laten horen.
We voegen hieraan toe dat uit ’10 letters vóór groep 1’van de CPS voortvloeit dat kinderdagverblijven en peuterspeelzalen onderwijstaken worden toegedicht, terwijl deze volgens de WSK geen onderwijstaken horen te hebben.

 

Bijlage 5 bij de brief aan voorstemmers motie kleutertoetsen Tweede Kamer van 18 november 2013 door de kerngroep WSK.

2013-11-19 kleuter 02

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *